Verzoek om uitschrijving van Jacob

Aan: Het comité van ouderlingen van Gemeente xxxx van Jehovah’s Getuigen te xxxxx
Van: Jacob
Betreft: Terugtrekking uit de gemeente van Jehovah’s Getuigen
xxxxx: 2002-08-28

Geachte broeders,

Degenen van u die mij kennen, weten dat ik in mijn besluitvorming niet over één nacht ijs ga. Na lang beraad mijnerzijds, en een zeer gedegen onderzoek betreffende de achtergronden en claims van het Wachttoren Bijbel en Tractaat Genootschap, bekend staande als Jehovah’s Getuigen, wens ik vanaf heden part nog deel te hebben aan deze organisatie!

Ik zou evenals Luther een lijst met met 95 stellingen die hij aan de deur van de Slotkerk te Wittenberg heeft gespijkerd, waarin het WTG gedwaald heeft aan de deur van Brooklyn, Bethel of de koninkrijkszaal kunnen hangen. Ik ben echter bang dat de deur te klein is! De organisatie noemt in haar vroegste overzicht betreffende de eindtijden het jaar 1776. Sindsdien zijn er meer dan vijfhonderd verkeerde verwachtingen, bijstellingen betreffende inzicht, onder de noemer “nieuw licht” gepubliceerd. Deze tekst uit Spreuken 4:18 is jammer genoeg een eigen leven gaan leiden, want hier wordt geenszins het toennemen van kennis bedoeld met betrekking tot uitleggingen van de schrift. Eerder dat het licht op het pad van degene die de Schepper en zijn Zoon beter leert kennen, steeds helderder gaat schijnen in rechtvaardigheid! Welnu, dat heb ik persoonlijk mogen ervaren! Ik haal hier de woorden van Luther aan die hij ten overstaan van Keizer en Kerk te Worms sprak:

“Wanneer ik niet door getuigenissen uit de Schrift en heldere bewijzen overtuigd wordt; want noch tegen de Paus (lees Wachttorenorganisatie), noch tegen de Concilies ( lees vergaderingen, congressen of uitspraken in de door het genootschap uitgegeven lektuur) alleen geloof ik, omdat het vast staat, dat zij meermalen gedwaald en zich zelf tegengesproken hebben, daarom ben ik door de plaatsen van de Heilige Schrift, in mijn geweten overwonnen en gevangen in het Woord van God. Daarom kan en wil ik niets herroepen, omdat tegen het geweten iets te doen nog veilig noch heilzaam is. God helpe mij, amen!”

Ik kan mij de verwachting omtrent 1975 gewekt door het genootschap goed herinneren, de lezing van broeder Engelkamp in 1974 om alles wat je had maar te verkopen, omdat je er toch niets meer aan had in de laatste maanden van dit stervende samenstel. ---Ik citeer:

“Wanneer Gods zichtbare organisatie tot 4.5 miljoen mensen de uitnodiging richt (voor een speciale vergadering op 8 september 1974) en hen rechtstreeks vraagt: Hoe sta jij voor de troon van God; ga dan toch eens een keer wat doen. En tegen de tijd dat wij dat allemaal beseffen, Nou dan verkoop je toch je huis, dan verkoop je alles wat je daar hebt en dan ga je zeggen: sjonge kan ik nog rentenieren, hoe lang kan ik dit nog volhouden? Weg de boel! Pionieren als dat kan waarom niet!? En zouden wij ons aandeel aan de prediking van het goede nieuws niet kunnen vergroten? Er is werk aan de winkel.”

Later in 1974 in Tilburg ook broeder Engelkamp.

“Wel wij willen er mee voortgaan broeders en zusters om het tijdschriftenwerk geweldig te stimuleren in de gemeenten en als je nog niet bent ingeschreven voor het aantal tijdschriften, neem je dan voor je hier voor in te schrijven”. Neem je voor: Ik wil in deze laatste maanden van dit stervende samenstel van dingen de mensen begraven onder tijdschriften! Iedereen die ik tegenkom! Schrijf je alsjeblieft in voor tijdschriften en als je ze niet verspreidt, vind je het dan zo moeilijk om een paar niet verspreide tijdschriften gratis weg te geven?”

Een deel van een toespraak van broeder v. Wijngaarden op 18 juli 1976 tijdens de “Heilige Dienst” districtsvergadering in de Rijnhal te Arnhem. De titel van de lezing was ---"Het einde blijven verwachten"

“Wij dienen ijveriger te zijn dan ooit met het aan ons opgedragen werk en net als de profeet Habakuk niet naar een bepaalde datum toe te werken en dat op een bepaalde datum alles opraakt, zodat we op dat moment geen inkomsten meer hebben, geen reserves meer hebben, aan de grond komen te zitten en misschien afhankelijk worden van onze broeders. Nu het verwachtte op een bepaalde datum niet is gekomen trappen onze broeders en zusters jammerlijk met open ogen in de strik van Satan de duivel en gaan zich een heleboel extra lasten op de hals halen, en dat vlak voor de finish!””

En dan het “oordeel” werk, het scheiden van schapen en bokken waaraan wij allen fanatiek hebben meegedaan. Moesten wij van de getrouwe en beleidvolle slaaf met ondersteuning van een brochure niet zeggen: Mevrouw of meneer, als u niet luistert naar de boodschap die wij u brengen, zult u worden vernietigd? De slaaf heeft ons daarom belast met een enorme schuld, want later werd dit zogenaamd als “nieuw licht” afgeschaft!!

“Daarom zijt gij, o mens, wie gij ook zijt, niet te verontschuldigen wanneer gij oordeelt; want waarin gij een ander oordeelt, veroordeelt gij uzelf, aangezien gij die oordeelt, dezelfde dingen beoefent. 2 Nu weten wij dat het oordeel van God, in overeenstemming met waarheid, tegen hen is die zulke dingen beoefenen.” — Romeinen 2:1-2

Vervolgens het “Herenakkoord” wat gesloten is met de staat Bulgarije! Persoonlijk heb ik mij ook hier vergewist van de autenticiteit van dat akkoord. In mijn brief naar Straatsburg, heb ik destijds dit statuut volledig toegezonden gekregen wat hierop neerkwam: Het Wachttorengenootschap diende een klacht in bij de Europese Commissie van de Rechten van de Mens in Straatsburg tegen de staat Bulgarije. In een zogenaamd "friendly settlement" erkende het bewind van Bulgarije de religieuze status van het Wachttorengenootschap. Op zijn beurt diende het Wachttorengenootschap echter in de statuten te vermelden dat leden en hun kinderen een vrije keuze moeten hebben ten aanzien van bloedtransfusies, zonder dat de organisatie daar enige controle op uitoefent of sancties treft. ----Deze statuten heb ik persoonlijk toegezonden gekregen.

J. Crans ontkende destijds ten stelligste dat er sprake was van enige verandering in de doctrine van het Wachttorengenootschap, en dat het beleid niet herzien werd! Wie in de naam van God kan en mag oordelen welke bestanddelen van bloed wel en welke niet gebruikt mogen worden: --De beleidvolle slaaf? Hierbij wordt echter maar al te vaak vergeten, dat deze bestanddelen uit het hele bloed van een donor gehaald zijn. Wat hypocriet!

En wat te denken van het lidmaatschap van de NGO groepen van de VN. Ik verzeker u ook dat ik mij in persoonlijk contact heb gesteld met Mr. Paul Hoeffel, hoofd NGO van de Verenigde Naties. In zijn mail aan mij heeft hij mij verzekerd dat de Watchtower org. volledig op de hoogte was van de voorwaarden gesteld aan leden van de NGO groepen, dit in tegenstelling wat vanuit Brooklyn, de bijkantoren enz. gezegd is. Leugenaars zullen Gods koninkrijk niet beërven. Deelname aan, en deeluitmakend van het wilde beest, ronduit walgelijk!

Ik heb de letterlijke bewijzen in handen van het aandelenpakket ( bijna 51%) wat de organisatie bezit in de Rand. Cam. Cie. die onder meer onderdelen levert aan zowel defensie als marine. Dit is meten met twee maten, en dit is verfoeilijk in de ogen van Jehovah!

Het register van het bijkantoor te Emmen is “maagdelijk” wit zoals broeder v.d Heuvel in zake de geruchten van pedofilie in Trouw opmerkte. Welnu, ik beweer het tegendeel! Er zijn opmerkelijk veel reacties gekomen van broeders en zuster over de gehele wereld voor hen die het willen lezen, maar het niet mogen volgens de koninksrijksdienst van september 2002, want het Internet verteld immers alleen maar leugens!? Het gaat er overigens niet om dat zulke zaken niet zullen voorkomen bij alleen Jehovah’s Getuigen, echter de uitspraak dat er minstens twee getuigen moeten zijn die van dit kwaaddoen moeten getuigen gaat alle proporties te buiten. Er is onnoemelijk veel verdriet bij vele broeders en zusters, die ondanks hun pijnlijke ervaringen, waarvan er een aantal bij mij bekend zijn, niets kunnen ondernemen, zelfs geen aangifte doen bij justitie op straffe van uitsluiting. De naam van de organisatie moet “clean” blijven. Nog wekelijks worden zij op vergaderingen geconfronteerd met deze kwaaddoeners, die soms nog een taak in de gemeente hebben ook. Eruit gaan betekent breken met alle familie.

Broeders wat moet ik u nog meer zeggen: Ik kwalificeer u allen als intelligente mensen. Derhalve moet u weten dat de organisatie dwaalt, en gevangen houdt met banden die menigeen zal afschrikken om ook maar iets in vrijheid te kunnen of durven zeggen. Helaas heb ik dit aan den lijve ondervonden! Alleen de koninkrijksdienst van augustus laat dit al duidelijk zien. De zienswijze omtrent omgang met uitgeslotenen is onlangs aanzienlijk verhard. Familiebanden worden nietsontziend kapot gemaakt onder het mom van liefde. Het heeft mij altijd al sterk geïntrigeerd dat dit sterk op sektevorming duidt.

Mijn trouw en liefde voor Jehovah en Zijn zoon Jezus de Christus is door deze gebeurtenissen alleen maar toegenomen. Ik heb mijn Schepper lief en voor Zijn Zoon buig ik mijn knie. Ik blijf een getuige van mijn God Jehovah en Zijn Zoon Jezus, al zult u dit nooit erkennen, echter ik ben aan geen menselijke organisatie — en nog minder aan een mens verantwoording schuldig!

Ik geef u de raad mee die Pastor Russell reeds in 1895 in Zions Watchtower schreef:

“hoed U voor organisatie. Het is volkomen onnodig. De Bijbelse regels zijn de enige regels die U nodig heeft. Tracht niet het geweten van anderen te binden, en sta anderen niet toe het uwe te binden. Geloof en gehoorzaam in zo verre als U Gods woord kunt begrijpen” — Zion's Watch Tower, 15 September 1895, blz 216, uitgegeven door Charles T. Russel

Ik wil u voorts verzoeken mij definitief uit alle registers, computerbestanden etc. te verwijderen, zodat ik niet langer als lid van de organisatie van Jehovah’s Getuigen bekend sta.

Verder stel ik geen prijs op bezoek of het bespreken van deze brief!

Wilt u alstublieft mijn verzoek schriftelijk bevestigen?

“Komt tot Mij, allen die vermoeid en belast zijt, en Ik zal u rust geven; neemt mijn juk op u en leert van Mij, want ik ben zachtmoedig en nederig van hart, en gij zult rust vinden voor uw zielen; want mijn juk is zacht en mijn last is licht” (Matth. 11:28-30)

“Ik ben de weg, en de waarheid en het leven. Niemand kan tot de Vader komen dan door Mij” (Joh 14:6)

Hoogachtend,
Jacob

 

comments powered by Disqus

Gerelateerd